Als gepromoveerd natuurkundige
dacht ik altijd dat de wetenschap de absolute waarheid verkondigde.
De natuurkundige wetten en modellen zoals je die op de middelbare
school en universiteit leert zijn
de waarheid en de werkelijkheid. Hier ben ik de laatste jaren aardig
op terug gekomen.
Laten we eerlijk zijn, deze
wetten en modellen beschrijven
de werkelijkheid. Ze zijn
de werkelijkheid niet. Een mooi voorbeeld hiervan is de
zwaartekrachttheorie. Allereerst uitgevonden door Newton (even het
feit negerend dat de zwaartekracht al voor de oerknal bestond). De
werkelijkheid in ons hoofd, ingegeven door de beroemde appel: alle
voorwerpen met een massa trekken elkaar aan. Makkelijk om te
onthouden. Ineens kunnen alle banen van planeten beschreven worden.
De afwijking in de baan van Mercurius werd verklaard door de nooit
gevonden planeet Vulcanus.
Toen kwam Einstein. Hij kwam met een
nieuwe werkelijkheid: de planeten trekken elkaar niet aan maar
vervormen de tijd-ruimte om zich heen. Wederom een mooi model in ons
hoofd, nu geïnspireerd door de snelle nieuwe treinen van begin
vorige eeuw. Mercurius doet nu ineens wat ie moet doen. Dat doen die
hele verre sterrenstelsel echter niet. Deze afwijking wordt
verklaard door de donkere materie. Vele knappe koppen zoeken zich rot
maar hebben die donkere materie nog steeds niet gevonden.
Dit jaar kwam Erik Verlinde. Weer een
nieuwe werkelijkheid! Heerlijk. Ingegeven door de tijdsgeest heeft
materie nu de neiging zich te verzetten tegen het verplaatsen van
informatie. Nu doen die verre sterrenstelsel gelukkig wel weer wat ze
moeten doen, de donkere materie is overbodig geworden. Oh ja, die
oerknal waar we zo heilig in geloven bestaat wellicht toch niet in
deze werkelijkheid.
Is dit dan nu de echte
werkelijkheid? Nee. Ook na Erik Verlinde zal er vast en zeker weer
een nieuwe werkelijkheid komen. Let vooral even op als de geleerden
ingewikkelde verklaringen gaan zoeken voor afwijkingen. Zoals bij de
afwijkingen op de theorie van Newton en Einstein, zitten deze
afwijkingen vooral in hun hoofd. De echte werkelijkheid zit niet in
ons hoofd, de echte werkelijkheid is.
In opdracht van B.