Een heerlijke zomeravond. Lekkere
temperatuur en mooi zonnetje. Mogen we wel vaker hebben in Nederland!
Ik besluit nog een stukje te gaan wielrennen. Snel omkleden en op
pad. Met een grote glimlach fiets ik weg en geniet van de snelheid,
van de uitgestrekte weilanden, van de bospaadjes, van de muziek.
Dan vanuit het niets. Eerst een paar
druppels. Ik ben regelrecht een hoosbui in gefietst. De temperatuur
is nog steeds aangenaam en de zon schijnt nog steeds. Mijn glimlach
weet ook van geen wijken. Het fietsen heeft soms meer weg van
waterfietsen op de zeiknatte wegen. Het licht is geweldig mooi met de
laagstaande zon door de bomen die reflecteert op de spiegelende weg.
En dit alles zie ik door de vele druppels op mijn zonnebril. De zon
schijnt immers nog, maar een paar ruitenwissers zou geen overbodige
luxe zijn. Ik geniet nog steeds van de snelheid en de muziek speelt
ook gewoon door. Ben na een half uurtje stortdouche wel volledig
doorweekt, maar het kan de pret geen moment drukken.
Zo snel als de bui begon, zo snel houdt
deze vlak bij huis ook weer op. De wegen zijn hier weer helemaal
droog, in het centrum zitten mensen heerlijk te genieten van een
ijsje op het terras. De buren knikken begripvol: logisch dat je op
zo'n mooie zomeravond nog een stukje gaat fietsen. Niemand heeft een
flauw benul van wat ik heb meegemaakt.
Thuis val ik weer neer in het gras,
waar ik ruim een uur geleden ook lag. Er lijkt niets veranderd,
alleen mijn doorweekte kleding herinnert nog aan de bui. Ik ben
lichtelijk verbaasd over het plezier dat ik er nog steeds in had,
ondanks de stromende regen. Zou ik dan die grote pot met goud
gevonden hebben? Met al die zon, met al die regen, ik fietste een
half uur onder de regenboog, dan moet ik die pot toch wel zijn
tegenkomen. Daar word je wel vrolijk van. Alleen jammer dat het onder
de regenboog altijd regent. Maar hoe harder het regent, hoe groter de
pot met goud!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten